Al tien jaar  vangen ze kinderen op. Eerst negen jaar als pleeggezin en nu ruim een jaar in hun gezinshuis De Tarissing in Rinsumageast, vlakbij Dokkum. Folkert en Hinke Lydia Sloot-van der Ploeg vormen samen met hun twee eigen kinderen en het hondje Femke de basis voor hun gezinshuis. “We combineren de kracht van het gezin met professionele begeleiding. Zo creëren we een veilige plek waar kinderen kunnen opbloeien.”

Gezinshuis De Tarissing

Hinke Lydia is vooral actief geweest in het onderwijs. 21 jaar om precies te zijn, waarvan de laatste jaren in het speciaal onderwijs. Ook heeft ze een SKJ-registratie. Folkert is opgegroeid met een broer met een verstandelijke beperking. Ook zijn ze samen 9 jaar pleegouder geweest. Hinke: “We zijn allebei opgegroeid met de visie dat het belangrijk is om anderen te helpen. Bovendien hadden we de ruimte in ons huis, daar wilden we ook wat mee doen. Het pand waar we wonen was vroeger een school.” Ze hebben zoveel ruimte dat ze zelfs geitjes, schaapjes en varkentjes hebben in hun tuin!

Op dit moment wonen er vier kinderen bij het gezin thuis. Siebe (11 jaar), Tessa (15 jaar), Amy (7 jaar) en Yunis  (4 jaar). Alle vier hebben ze een andere hulpvraag. Rust en structuur zijn voor deze kinderen nóg belangrijker dan voor andere kinderen.

Yunis is met vier jaar de benjamin van het stel. Eigenlijk had hij in een pleeggezin opgevangen kunnen worden, maar dat kon helaas niet door een tekort aan pleeggezinnen. Ondanks dat hij al vier is, had hij bijna geen taal ontwikkeld. Toch kan hij dankzij zijn intelligentie en de inzet en goede begeleiding van beide gezinshuisouders en andere hulpverleners, naar een gewone school in plaats van speciaal onderwijs. Met zijn moeder gaat het ook weer goed en Yunis kan binnenkort weer bij haar wonen.

Een dag in het leven van een gezinshuis

Iedere dag heeft de familie eenzelfde ritme. In de ochtend tandenpoetsen, haren kammen en aankleden. De wat oudere kinderen hebben hun eigen taakje, zoals het uitlaten van de hond, hooi geven aan de schapen en de geiten en voer voor de konijntjes en de kippen. Daarna gaan de kinderen naar school en gaan de gezinshuisouders aan de slag met het huishouden, telefonische afspraken of intervisie met hulpverleners. Intervisie is een vraaggesprek met andere professionals, bijvoorbeeld jeugdzorgwerker, fysiotherapeut, psycholoog, diëtiste, enzovoort. Ook zorgen ze dat ze werken volgens de kwaliteitseisen van het Keurmerk Gezinshuizen en schrijven ze Hulpverleningsplannen en Veiligheidslijsten voor de kinderen. Gesprekken met gebiedsteams, gedragswetenschapper en jeugdzorgwerkers vinden dan plaats en ook komt de vertrouwenspersoon van het AKJ vier keer per jaar langs.

In de middag komen de kinderen weer terug uit school en is alle aandacht weer op hen gericht. De gezinshuisouders nemen dan de tijd met ze voor een praatje over hoe het op school was. Daarna kunnen de kinderen even spelen, rusten of even met de dieren knuffelen. Met het avondeten op tafel vertelt ieder zijn verhaal van die dag en kijken ze samen vooruit naar morgen. Daarna is het tijd om te douchen, tandenpoetsen en na het voorlezen met de jongsten lekker te gaan slapen. Alles volgens vaste tijden en structuur, zodat de kinderen weten waar ze aan toe zijn. Gedurende de dag heeft ieder van de kinderen zijn eigen aandachtspunten. De problematiek van de kinderen is zo complex dat dit te moeilijk en te intensief zou zijn voor een pleegouder om te begeleiden. Dit is dan ook de reden dat minimaal een van de gezinshuisouders een professionele achtergrond nodig heeft. Hinke Lydia: “Kennis over wat hoort bij bepaalde problematiek is enorm belangrijk voor hun begeleiding. Kinderen en ouders voelen zich dan begrepen.”

Hinke Lydia geeft een aantal voorbeelden: “Voor de één is het bijvoorbeeld door ASS problematiek moeilijk om zich in te leven in anderen of om impulsen te reguleren, waardoor het kind heel heftig kan reageren. Wij als professionals zijn dan voorspelbaar in ons gedrag, we zorgen dat alles duidelijk voor hen is en dat de dag gestructureerd verloopt. Als er nog iets onduidelijk is of als er nog een ‘laatje’ openstaat in hun hoofd dan zijn ze soms onrustig en soms druk. We zorgen er dan voor dat we samen de ‘laatjes’ sluiten door alles nog meer te verduidelijken, de dag en de week doornemen en te bespreken wat er nog speelt in hun hoofd. Een van de andere kinderen is heel onzeker, maar in plaats van bang of ander intrinsiek gedrag wordt het kind juist heel boos en toont extrinsiek gedrag. Het is belangrijk om dit patroon te herkennen, zodat je er op de juiste manier mee omgaat. Voor kinderen met trauma’s werken we traumasensitief. We beoordelen als gezinshuisouders samen met de jeugdzorgwerker of stabilisatie eerst nodig is of dat we gelijk het jeugdtrauma gaan behandelen.  We willen graag de stress verlagen en het gedrag begrijpen en meewerken aan het herstelplan. Belangrijk is dan wel dat je weet hoe je deze kinderen moet benaderen, aanspreken en ze weer in het hier en nu kan krijgen.“

De achtergrond van Hinke Lydia is een echt voordeel. Ze heeft door de ervaring in het (speciaal) onderwijs kennis over diverse gedragsproblematieken, over intelligentie en psychologische onderzoeken. Ze weet op welke leeftijd kinderen op welk niveau behoren te zitten op cognitief, sociaal emotioneel en lichamelijk gebied en ziet dan ook de achterstanden en wat ze nog behoren te leren, indien mogelijk. Hinke Lydia: “Bij dit ‘leren’ sluiten we aan bij het niveau en tempo van de kinderen, we overvragen hen niet. Vanuit dat perspectief maken we een plan met ouders, jeugdzorgwerkers en de gedragswetenschapper. En we blijven elke dag leren, door ervaring thuis met wat wel en niet werkt in de praktijk en door continue opleidingen en of cursussen te volgen. We hebben vaak overleg met de gedragswetenschapper en ook de gezinscoach helpt ons alles in een goed perspectief te bekijken. Dit is zeer helpend, soms vergeet je jezelf. “

Dit is echt ons ding

“We zijn heel gelukkig met onze keuze om gezinshuisouder te worden. Dat deze kinderen weer een beetje jeugd krijgen, dat ze kunnen opgroeien in de geborgenheid, veiligheid en warmte van een gezin. Dat maakt ons ontzettend blij. Dit is echt ons ding. Nog meer dan we dachten!” vertelt Hinke Lydia. “We genieten echt van de kinderen en van hun vrolijkheid. En elke dag is anders, elk seizoen is anders en elke leeftijd van de kinderen brengt weer iets anders met zich mee. Siebe ging toen hij hier kwam niet naar school, maar tijdens zijn verblijf hier keerde hij weer in de groep terug en heeft nu uitstroom HAVO-VWO, geweldig toch!”

Ze geeft ook aan dat het gezinshuisouderschap voor hen een belangrijk voordeel heeft ten opzichte van pleegouderschap: “Als gezinshuisouder ben je echt een professional en heb je meer invloed op de hulpverlening. Er is ook een belangrijke overeenkomst met het pleegouderschap en dat is je rol ten opzichte van de ouders van de kinderen. Hinke Lydia: “We hebben als gezinshuisouder een opvoedkundige functie, maar nemen niet de rol van de ouders over. We vervangen ze niet. Doordat wij er zo instaan durven de kinderen ons ook over hun ouders te vertellen. Ze voelen geen strijd tussen hun ouders en ons. Dat werkt heel prettig. We betrekken ouders graag bij de opvoeding en zij hebben ook inspraak.” De verbinding blijven zoeken met de ouders is belangrijk.