“Vanaf de start van een samenwerking met een gezinshuis ga ik in gesprek met de gezinshuisouders over hun verwachtingen, waar ze rekening mee moeten houden in een gezinshuis en over hun eigen vitaliteit’’, vertelt Eline.  

Eline Visser is gedragswetenschapper bij William Schrikker Gezinsvormen, werkzaam binnen de gezinshuiszorg, voornamelijk in de regio Drenthe.  Vanuit haar rol is zij betrokken bij de gezinshuizen en bewaakt zij het behandelproces van de kinderen in het gezinshuis. Ook adviseert zij gezinshuisouders bij het matchingsproces als kinderen aangemeld worden voor het gezinshuis.  

Een van de belangrijke taken van Eline is om samen met de gezinshuisouders te onderzoeken hoe nieuwe kinderen een passend plekje in een gezinshuis kunnen krijgen. Eline geeft een voorbeeld: “Er komt een aanmelding binnen van drie zusjes voor wie op korte termijn een plek gezocht wordt. Ik ga hierover in gesprek met de gezinshuisouders. Ze zijn positief over de zorgvraag van de kinderen en verwachten hierop aan te kunnen sluiten. Na meerdere gesprekken en een kennismaking met de kinderen, gaan we vervolgens samen met de jeugdzorgwerker in gesprek over wat er allemaal geregeld moet worden. Een voorbeeld hiervan is het vinden van een passende onderwijsplek in de buurt van het gezinshuis. Ik ga niet over het regelen hiervan, maar ik werk hiervoor wel nauw samen met de gezinshuisouders en jeugdzorgwerker om alles in goede banen te leiden. Check, dit is geregeld. We kijken nu naar wat we verder nog moeten regelen en wat het plan is”. 

Eline Visser

Er worden afspraken gemaakt over de contactmomenten met gezinshuisouders. Eline: “Ik heb regelmatig contact met de gezinshuisouders, waarbij ik bespreek hoe het met de ontwikkeling van de kinderen gaat. Maandelijks kom ik op huisbezoek bij het gezinshuis, om de ontwikkeling van de kinderen te bespreken en om stil te staan bij de vitaliteit van de gezinshuisouders. Ook neem ik deel aan het zorgteamoverleg en hebben we jaarlijks een planbespreking waarin we de ontwikkeling en doelen van het kind bespreken. Dan zitten we met iedereen die betrokken is, waaronder belangrijke personen voor het kind zoals ouders of andere familieleden, aan tafel om de doelen en ontwikkeling van het kind te bespreken”.  

Eline heeft ook direct contact met de kinderen in de gezinshuizen, mimimaal 3 keer per jaar. Eline: “Het liefst spreek ik de kinderen in een-op-een contact. Als een kind dit te spannend vindt, dan stemmen we altijd met het kind af wat hij/zij nodig heeft en blijft bijvoorbeeld de persoon bij wie het kind zich prettig voelt aanwezig tijdens het gesprek. Tijdens de contacten met kinderen bespreek ik hoe het met het kind gaat en of het kind zich veilig en vertrouwd voelt in het gezinshuis. ‘’Het is mijn doel om in contact te blijven met het kind en ervoor te zorgen dat elk kind de ondersteuning krijgt die het nodig heeft’’, zegt Eline.